
Vanmorgen had ik afgesproken met wat fietsvriendjes van de ijsclub. Om half negen op pad en in Castricum het duin in. Na mijn valpartij in juni was ik toch benieuwd hoe het lichaam zou reageren op het gestuiter door duin. In Slovenië had ik gemerkt dat het met de botjes wel redelijk goed ging maar dat de luchtwegen nog wel enige aandacht nodig hadden. Nu tijdens stukjes volle bak ging het met het ademhalen ook redelijk goed. En enkel bij het landen na een jump over de boomstammetjes die gefrustreerde wandelaars dwars over de paden gelegd hadden, voelde ik mijn pols iets protesteren. Nog maar geen drop-downs doen dus.
Ruud bepaalde vanmorgen op zijn single speed het tempo en we moesten allemaal flink trappen om dat bij te houden. Ik zelf kon net het wiel houden, ook berg op. Maar Marcel raakte halverwege steeds meer op afstand zodat we allemaal iets rustiger aan mochten doen.
Kwart over tien reden we het duin weer uit en kon ik thuis het zand van de schenen vegen en de modder uit het gezicht schrobben. Maar dit smaakt naar meer.
atb + 33 km