maandag 29 december 2014

2 rondjes Schoorl

Het was alweer enige tijd geleden dat ik mijn rondje op Schoorl maakte. Hoogste tijd, zo op het einde van 2014, om nog even snel een rondje (2) te rijden op het mooiste ATB parkoers van Nederland.

Fris was het wel vanmorgen maar met een aantal laagjes kleding over elkaar best goed te doen. En als na de eerste klim de kachel aan slaat merk je niet eens dat het vriest. Wel aan de ondergrond natuurlijk. Zelf de mulle plekken in het parkoers, (wanneer komt de parkoers uitbreiding er eens door) waren goed te befietsen. Dus na het stuurfoutje in de 2e ronde hoefde ik niet van de fiets af maar ik stuurde hem zo de het losse zand het juiste pad op.

Ook de onderhoudsploeg heeft gewerkt aan het parkoers. Overal waar het wat mul of modderig kan zijn, zijn maatregelen getroffen. Rubber matten, kippengaas of betontegels. Maar ook om het parkoers nog technischer te maken dan dat het al is door een aantal drops in de route op te nemen. Goed werk mannen.

Mijn rondjes raffelde ik af in respectievelijk 40:11 en 41:01, waarbij op de eerste klim mijn ketting er nog af liep en ik de 2e ronde door een stuur fout in het bevroren mulle zand kwam. Maar al met al toch geen slechte tijden.

Misschien op oudejaarsdag nog een stukje trainen op het strand en tot ziens volgend jaar.
Fijne Jaarwisseling.

het rondje op Strava.

maandag 8 december 2014

Strandtraining

zaterdag 6-12-2014.
Nu ik in 1 adem genoemd wordt in het maandblad FIETS met Bram Imming moet ik mijn reputatie als “strandracer” wel waar maken de komende Egmond-pier-Egmond strandrace. “Ik vond het zwaar”, zo staat er te lezen op bladzijde 70 van FIETS, dus moet er getraind worden!

Zo toog ik vanmorgen de duinen bij Castricum in om me eerst even goed warm te rijden voordat ik het strand onder de wielen laat krisperen. Ik volg dan meestal de oranje route om bij Johanna’s hof via de Zeeweg naar het strand te koersen.

Het had vannacht flink geregend en in het duin was het nog behoorlijk nat. Dat de natte bladeren ook glad zijn en de strandbandjes van mijn 29-er hier geen grip op hebben, daar kwam ik bij het eerste scherpe bochtje gelijk achter. Voor ik het wist stond ik achterstevoren op het pad. “Oké, iets voorzichtiger door de bochten Pee”.

Die oranje route was ik na een tijdje ook kwijt, pijltje gemist, maar als je gewoon rechts houdt kom je vanzelf wel bij de Zeeweg uit. Toch kon ik op een gegeven moment de oranje pijlen weer op pikken en reed zo de route uit richting Johanna’s hof.

Hier even op adem komen op het fietspad naar het strand. Dan het klimmetje op richting Deining en dan in volle vaart het strand op. Beetje op het achterwiel hangen zodat het voorwiel zelf het juiste spoor zoekt in het mulle zand, dan op tijd met het gewicht naar voren en bij trappen om zo harde zand op te rijden. Weer gelukt.

Nu met de wind in de rug over een lekker breed en hard strand vliegen naar Wijk aan Zee. Ik had het getijde bekeken op windfinder.com (tip van Marcel) zodat ik wist dat het nu wel laag water was. Vorige week wilde ik ook op het strand trainen maar toen was het net hoogwater geweest. Het zand zoog hard aan mijn strandbandjes zodat ik na een paar kilometer het duin maar over geklommen ben om onverhard mijn route te vervolgen.

Vandaag dus geen last van. Nu op de grote plaat naar Wijk aan Zee knallen tot ik met het voorwiel tegen één van de betonblokken van de pier aan stond. Fiets omkeren en terug naar Castricum. Maar “that’s another cook” zoals Louis van Gaal ooit zei. Tegenwind maakte het toch weer zwaar. Met de ketting op het middenblad kon ik met moeite de teller op de 20 km/u houden, en als de banden zich iets dieper in het strand vraten kwam de teller nauwelijks boven de 15. Maar langzaam kwam Castricum toch in zicht. Nog even door bijten en ik kon het strand af.

Nog even van de trappen af bij de parkeerplaats (deze zitten straks ook in de officiële EPE) en toen terug naar huis. Omdat het net nog geen half elf was kon ik nog een klein stukje onverhard door duin.

De laatste kilometers naar huis vond ik dat de ketting zo raar tikte. Toen ik even de voeten stil hield zag ik de reden. Eén schelm van mijn ketting was gebroken. Gelukkig heb ik niet hard aangezet op de terugweg, anders had ik met mijn neus op het asfalt gelegen. Pff.